Op 1 maart opent halverwege de Dansaertstraat BarBeton, en ondertussen staan in dezelfde straat Belle Equipe, en in de Lakensestraat café Flamingo in de steigers. Frédéric Nicolay (zie ook: Zebra, Café Belga, Bar du Matin en zoveel meer) slaat weer toe.
Frédéric Nicolay (1969), kok van opleiding, blies met zijn hippe cafés verschillende Brusselse wijken nieuw leven in. Hij ontvangt ons in zijn bureautje annex atelier in de Vandenbrandenstraat. Daar zitten hij en zijn vier medewerkers sinds een paar maanden in een oude autogarage. We krijgen er een espresso en tijd voor een gesprek, dat begint met het ophalen van herinneringen aan zijn beginperiode, toen hij met zijn cafés het Sint-Goriksplein reanimeerde.
De drang om initiatieven te nemen in probleembuurten heeft hij blijkbaar nog altijd. Of ontvouwt hij zijn strategie in nauwe samenspraak met de gemeente? “Nee, helemaal niet,” zegt Nicolay stellig. “Ik word nooit getipt. Ons project met Flamingo in de Lakensestraat is daar een voorbeeld van. Gisteren hoorde ik pas dat de Stad in die buurt voor 26 miljoen geïnvesteerd heeft. 26 miljoen! En dan moet je zien hoe verrot het daar nog altijd is!”
Benadert de Stad u dan nooit om de plannen wat op elkaar af te stemmen?
Nicolay: “Ik moet zeggen dat ik daar zelf niet zo tuk op ben. Ik doe
liever mijn zin dan dat ik word opgebeld om een project te doen voor iemand
anders. Zelfs van zakenlui die geld hebben maar een concept met een naam die me
niet aanstaat, loop ik het liefst hard weg.”
Een ander misverstand dat nog altijd leeft, is dat u ook eigenaar zou zijn van de panden die u inricht.
Nicolay: “Nooit.”
U koopt ook geen
gebouwen op om er later eventueel iets mee te doen?
Nicolay: “Helemaal niet. Het pand van BarBeton stond op een dag gewoon te
huur. Eerst heb ik de mensen van boekhandel Filigranes gebeld omdat ik die goed
ken. In het begin toonden ze zich enthousiast om daar iets te beginnen, maar
uiteindelijk trokken ze zich terug. Toen ik de eigenaar vroeg of ik er misschien
een café van mocht maken, zei hij dat het dat ooit al geweest was. We zijn gaan
breken en hebben de granito op de vloer teruggevonden, de tegeltjes in de
toiletten. Een goede plek, dus. En alle projecten gaan op deze manier. De plek
waar nu Potemkine zit (aan de Hallepoort, red.), vond ik mooi, maar ik
had er niet echt een idee voor. Ik heb mijn vrouw gebeld en gezegd dat ik het
zou doen als ze binnen anderhalf uur een goede naam vond. Ze kwam met Potemkine.”
Waarom nam u het initiatief om Filigranes te bellen? Idealisme?
Nicolay: “Vooral omdat je merkt dat het voor Modèle – ondertussen Bistro
du Canal – en Walvis op het einde van de Dansaertstraat nog altijd niet evident
is om de boel draaiende te houden. De realiteit is dat dat lange stuk tussen het
begin en het einde van de Dansaertstraat moeilijk te overbruggen blijkt. De
zaken rond Walvis en Bistro du Canal zijn bijna allemaal pourri.”
Naast Modèle wilt u Belle Equipe openen, een bar met wijn en pizza’s.
Nicolay: “Dat is nog altijd het idee, maar we moeten nog geschikte
uitbaters vinden. Daarom weten we ook nog niet wanneer we kunnen openen, hoewel
alles klaarstaat. Als het een kleine zaak is, dan moeten de uitbaters
interessante mensen zijn. Als in Café Belga de serveuses onuitstaanbaar zijn,
dan is dat vervelend, maar uiteindelijk ben je toch met vrienden. Ik geef
trouwens toe dat in de bars die ik heb vormgegeven, de uitbating niet altijd
geweldig is. Maar dat is niet mijn fout. Met de exploitatie ga ik me echt niet
bezighouden.”
Aan de gevel van Belle Equipe hangt al een luifel met reclame voor de Volga-pils die ook in Potemkine verkocht word. Iets mis met Vedett?
Nicolay: “Nee. Zoals je weet, heb ik Vedett van brouwerij Moortgat mee
helpen herlanceren. Maar het idee om een bier te maken dat Volga heet, heb ik al
lang. Toen mijn vrouw met de naam Potemkine kwam, moesten we er wel werk van
maken. Het merk is van mij, brouwerij Saint-Feuillien brouwt het op dit
ogenblik.”
Als het vroegere Café Modèle en Walvis het moeilijk hebben, is het dan een goed idee om nog meer bars te openen?
Nicolay: “In het begin vond ik dat inderdaad zelf ook niet zo’n goed
idee. Toen de Stad Brussel mij vroeg om ook het café van de Sint-Gorikshallen te
doen, heb ik gepast omdat ik dat het café te veel vond. Maar als er op de
Dansaertstraat nauwelijks andere zaken bijkomen, dan moeten wij het wel doen. Al
is het niet omdat ik erachter zit dat het per se ook goed marcheert. Soms
gaat het ook het minder goed.”
Bijvoorbeeld?
Nicolay: “De Roi des Belges had het in het begin heel moeilijk. In Mappa
Mundo zaten de mensen graag omdat we daar veel hout hadden gebruikt. In de
ultrahedendaagse Roi des Belges zaten hooguit twee, drie kunstenaars. We hebben
dus parket op het beton gelegd, spiegels opgehangen, de verlichting veranderd,
en toen was het wel vertrokken. In dit koude land willen de mensen warmte.”
Is die er in BarBeton?
Nicolay: “Heb je al eens gezien hoeveel hout we daar gebruiken? Het is
bijna een Zwitsers chalet. Alleen de raclette ontbreekt nog. De toog is
inderdaad in beton: een kopie van de receptie van La Cité Radieuse van Le
Corbusier in Marseille.”
Doet u wel eens een marktonderzoekje, bijvoorbeeld om te zien of Flamingo in de Lakensestraat kan werken?
Nicolay: “Nee, maar we zijn natuurlijk ook geen debielen. Als iets niet
kan werken, dan doen we het niet. Het is waar dat er in de buurt rond Flamingo
een probleem is met straatprostitutie, maar langs de andere kant wonen daar ook
heel wat normale mensen zoals u en ik, die de eersten zullen zijn om het project
te ondersteunen. De naam Flamingo moet de Vlamingen rond de KVS in elk
geval prikkelen.”
Wat zijn de concrete plannen?
Nicolay: “Voor de opening mikken we nu op half mei. Er komt een groot
terras, maar wel een dat geen direct zonlicht heeft. Daarom hebben we het plan
om met een grote spiegel het zonlicht op het terras te weerkaatsen. In Le
Monde heb ik dat eens gezien bij een bar in Italië. We hebben aan de Stad
toelating gevraagd en we gaan hetzelfde doen. Verder wordt het een groot
café. Het OCMW wilde zijn gebouw oorspronkelijk in vier kleine handelsruimtes
onderverdelen, maar ik wilde alleen het geheel. Op die plek kun je geen klein
cafeetje openen. De mensen lopen niet helemaal naar het einde van de
Lakensestraat als de kans klein is dat ze er iemand tegenkomen die ze kennen.”
Krijgt Flamingo ook in figuurlijke zin de allure van een ‘grand café’?
Nicolay: “We twijfelen nog over een aantal zaken. Gezien de buurt mag het
ook niet te chic zijn en moet je in het begin ook niet te veel investeren. We
zijn namelijk niet beschermd tegen molotovcocktails.”
Zijn er dan nog projecten waar we nog niets van af weten?
Nicolay: “We gaan een paviljoen maken voor Bergen (in 2015 culturele
hoofdstad, MB). Misschien ga ik me ook bezighouden met de cafetaria van
Cinema Galeries. En we denken ook mee na of we iets met de Greenwich kunnen
doen. De renovatie was zwaar, dus de huur is navenant, maar het is een
uitdaging om ervoor te zorgen dat het daar geen museum wordt.”
© Brusselnieuws - www.brusselnieuws.be - 23 februari 2012